Prinsenhof Delft, Photo MarcoZwinkels

Museum Prinsenhof bevindt zich in Delft, de stad die vooral bekend staat om de imitaties van Chinees en Japans porselein die er vanaf het begin van de zeventiende eeuw werden vervaardigd. Naast voorbeeld van dit zogenaamde ‘Delfts Blauw’ bezit Museum Prinsenhof een aanzienlijke hoeveelheid Aziatische keramiek. Verreweg het grootste deel daarvan is afkomstig van Willem Jan Rust (1907-1987), die zijn verzameling in 1971 aan de gemeente Delft schonk. Rust verzamelde breed en op grote schaal, opdat zijn collectie een overzicht zou geven van tweeduizend jaar keramiekgeschiedenis.

Naast Aziatische keramiek en Delfts aardewerk verwierf hij bijvoorbeeld Egyptisch, Grieks, Romeins en Peruviaans aardewerk, Italiaanse en Franse majolica, en Duits steengoed. Rust zocht daarbij in eerste instantie naar kwantiteit, maar er zijn onder de uit zijn collectie afkomstige objecten zeker ook stukken van hoge kwaliteit. 

De breedte van Rusts verzameling maakt het mogelijk om dwarsverbanden te leggen tussen verschillende deelgebieden. Zo bevindt zich onder de objecten uit de collectie Rust een Chinese kraak schotel (afb. 1) uit de vroege zeventiende eeuw, waarvan het plat is gedecoreerd met een vogel op een rots binnen een sterpatroon, en een bord van tinglazuuraardewerk waarop een plateelschilder dit motief vrijwel exact heeft nagevolgd. Archeologisch onderzoek heeft aangetoond dat dit soort Chinees porselein inderdaad in Delft voorkwam. Van iets latere datum is een vaas (afb. 2)  met een decor van vogels en uitbundig bloeiende bloemen over een honingraadmotief in rood. Deze decoratie is typisch voor voorwerpen uit de Shunzhi-periode (1644-1661), die een overgang vormde tussen de Ming en de Qing dynastieën.

Onder de Japanse keramiek uit de verzameling Rust bevindt zich een waaiervormige schaal (afb. 3) van Imari-porselein, die is beschilderd met de ribben van een waaier en kersenbloesems. In de collectie van de Jan Menze van Diepen Stichting bevindt zich een identiek exemplaar, dat waarschijnlijk een set vormde met dat in Museum Prinsenhof en andere schaaltjes. Om een zo compleet mogelijk beeld van de keramiekgeschiedenis te kunnen geven, verzamelde Rust ook negentiende- en zelfs twintigste-eeuws Aziatische keramiek. Een mooi voorbeeld is een Chinees bord uit de Guangxu-periode (1875-1908) met een decor van baihuadi, oftewel ‘honderd bloemen’ (afb. 4). Dit type decoratie ontstond tijdens de regeerperiode van keizer Qianlong (1736-1795), maar bleef tot ver in de negentiende eeuw populair. In de collectie van Museum Prinsenhof bevindt zich Chinees exportporselein met een link met Delft. In de achttiende eeuw bestelde de Delftse upper class, net als die in andere Nederlandse steden, wapenporselein in China. Onder hen was  Joan Carel van Alderwerelt, die van 1777 tot 1791 directeur van de Delftse VOC-kamer van de was. De nazaten van deze Delftenaar schonken aan het museum een aantal onderdelen van een theeservies, waarop Van Alderwerelts wapen voorkomt (afb. 5-6).  

Sinds enkele jaren heeft Museum Prinsenhof Aziatische keramiek uit het voormalige Delftse Museum Lambert van Meerten in langdurige bruikleen van de Rijksdienst voor Cultureel Erfgoed. Tegen het einde van de negentiende eeuw legde de Delftse industrieel Lambert van Meerten een grote kunstnijverheidsverzameling aan, waarvan hij hoopte dat deze een nieuwe generatie industrieel ontwerpers, opgeleid aan de Delftse Polytechnische School, zou inspireren. Vanaf 1893 stelde Van Meerten zijn collectie tentoon in een speciaal voor dit doel gebouwd huis in neorenaissance stijl aan het Oude Delft. Toen Van Meerten in 1902 failliet ging, werd zijn verzameling verkocht. Het huis bleef behouden door de oprichting van een stichting, die het in 1907 overdroeg aan de staat. In 1909 opende Huis Lambert van Meerten als museum. Onder de sindsdien bijeengebrachte voorwerpen bevonden zich bijna 200 objecten van Aziatische keramiek, waaronder Chinees Kangxi-porselein (afb. 7) en achttiende-eeuws Imari-porselein uit Japan (afb. 8). 

Naast het in navolging van Aziatische keramiek vervaardigde Delfts aardewerk is in Museum Prinsenhof een groot aantal portretten van Willem van Oranje en zijn familieleden te zien; het museum bevindt zich in het voormalige klooster waar Willem van Oranje in 1572 zijn toevlucht zocht en in 1584 werd vermoord. De vaste opstelling bevat werken van zeventiende-eeuwse Delftse schilders als Cornelis Jacobsz. Delff, Leonaert Bramer en Cornelis de Man, en zeventiende-eeuws Delfts zilver. Museum Prinsenhof toont daarnaast werk van de moderne "Delftse meesters", Jan Schoonhoven en andere kunstenaars van de Nul-groep, en negentiende- en twintigste-eeuws keramiek gemaakt door de Delftse aardewerkfabriek De Porceleyne Fles. 

Bezoek ook de website van Museum Prinsenhof Delft.  

Literatuur

D.F. Lunsingh Scheurleer, Ceramiek uit de collectie Rust (Delft, 1975).

Steven Braat, “De keramiekcollectie,” in: id., Jos W.L. Hilkhuijsen, en Michiel Kersten, Museum Huis Lambert van Meerten Delft (Leiden, 1993), pp. 85-142. 

Suzanne Klüver, ‘Keramiek uit de collectie Rust: Aandacht voor een gepassioneerd verzamelaar,’ Vormen uit Vuur 225 (2014) 2, pp. 24-31. 

Cat. Meer dan blauw: Topstukken uit Museum Prinsenhof (Delft, 2015)