1. The National Museum of Ethnology on the Steenstraat in Leiden, housed in the former Academic Hospital building since 1937

Het Nationaal Museum van Wereldculturen (NMVW) is in 2014 ontstaan uit een fusie van Museum Volkenkunde (Leiden), het Tropenmuseum (Amsterdam), en het Afrika Museum (Berg & Dal). Sinds 2017 werkt het NMVW nauw samen met het Wereldmuseum in Rotterdam (WMR). De vier musea delen naast de collectie een gemeenschappelijke missie: inspireren tot een open blik op de wereld en bijdragen aan wereldburgerschap.

De gezamenlijke Aziatische keramiek collectie bestaat uit ruim 8000 objecten, waarvan het grootste gedeelte uit Insulair Zuidoost Azië (c. 2500 stuks) afkomstig is, gevolgd door China (c. 1700 stuks), Japan (c. 1600 stuks), Zuid-Azië en Vasteland Zuidoost Azië (c. 1500 stuks) en Zuidwest en Centraal-Azië (c. 1000 stuks). De collecties Vietnamees (c. 100 stuks) en Koreaans (c. 40 stuks) zijn kleiner maar niet minder interessant. 

Het leeuwendeel van de Aziatische keramiek werd verzameld in Museum Volkenkunde (afb. 1, hoofdfoto). Dit museum werd in 1837 opgericht als het ’s Rijks Japansch Museum Von Siebold, en is een van de oudste wetenschappelijke etnografische musea ter wereld. De oorspronkelijke collectie bestond uit voorwerpen, die waren verzameld door Philipp Franz von Siebold (1796-1866) in de periode dat hij als arts werkzaam was op de Nederlandse handelsvestiging Deshima bij Nagasaki in Japan (1823-1830). De Siebold collectie telt zo’n 200 stuks Japans keramiek, waaronder veel Hirado porselein (afb. 2).

De ontstaansgeschiedenis van Museum Volkenkunde is naast Von Siebold ook verbonden met Koning Willem I (1772-1843). Hij stimuleerde het stichten van nationale instellingen om wetenschap en kunst te bevorderen. Bovendien gaf hij geleerden de opdracht om collecties te verzamelen in China, Indonesië en Japan. Deze voorwerpen krijgen een plek in het Koninklijk Kabinet van Zeldzaamheden, dat in 1816 wordt opgericht naar aanleiding van de schenking van de (hoofdzakelijk Chinese) verzameling van Jean Theodore Royer (1737-1807). Bij de opheffing van het Koninklijk Kabinet in 1883 verhuisde een groot deel van de collectie naar het Leidse museum, dat in 1864 al was omgedoopt tot ’s Rijks Ethnographisch Museum. Hoewel het gros van de Aziatische keramiek uit het Koninklijk Kabinet naar het Rijksmuseum in Amsterdam ging, zijn er nog ruim honderd  stuks (voornamelijk Japanse) uit deze vroege verzameling in het NMVW terug te vinden (afb. 3). 

Het Tropenmuseum in Amsterdam (afb. 4) werd in 1926 geopend als een van de onderdelen van het grotere Koloniaal Instituut dat twee hoofddoelen had: het verzamelen en verbreiden van kennis over de overzeese gewesten (koloniale propaganda) en het behartigen van alle uit koloniaal bezit voortvloeiende belangen, voor zowel Nederland als de koloniën. De basis van de collectie was die van het in 1871 opgerichte Koloniaal Museum in Haarlem. Het gros van de Aziatische keramiek in het Tropenmuseum is verzameld in Indonesië. Een bijzondere collectie is die van Friedrich Wilhelm Stammeshaus (1881-1957), die hij in Atjeh bijeenbracht toen hij daar diende als onderofficier in het KNIL en bestuurder en later als conservator van het Atjeh Museum. In de jaren 1930 verkocht en schonk hij een groot deel van zijn collectie aan Koloniaal Instituut, waar hij conservator werd. In de ruim zeventig stukken keramiek van zijn verzameling is onder andere Zhangzhou en Japans porselein (afb. 5) te vinden. 

Het Wereldmuseum in Rotterdam (afb. 6) is ontstaan uit de voormalige Koninklijke Yachtclub die werd voorgezeten door Prins Hendrik (1820-1879), zoon van koning Willem II(1792-1849. De Yachtclubleden schonken scheepvaartkundige voorwerpen en etnografische objecten aan de vereniging, waarvoor in 1873 het Maritiem Museum Prins Hendrik werd opgericht. Na de dood van Prins Hendrik werd het gebouw eigendom van de gemeente, die besloot er eveneens een etnografisch museum te vestigen, zoals dat al eerder in Leiden en Haarlem was gebeurd. Op 1 mei 1885 werd het Museum voor Land- en Volkenkunde, het huidige Wereldmuseum, geopend. Het Rotterdamse museum heeft ongeveer zevenhonderd stuks Aziatische keramiek in haar collectie, waaronder een interessante verzameling negentiende-eeuwse Iraanse tegels en vaatwerk (afb. 7).  

Het NMVW en WMR kopen nog steeds Aziatische keramiek voor de collecties aan, en richten zich hierbij vooral op hedendaagse objecten (afb. 8) die de historische collecties in een hedendaags daglicht kunnen stellen. 

Literatuur

Paul van Dongen, Porselein om mee te spelen: Siamese porseleinen munten in de collectie van het Rijksmuseum voor Volkenkunde.

David van Duuren, , 125 jaar verzamelen: Tropenmuseum Amsterdam. Amsterdam: KIT, 1990.

Rudolph Effert, Royal Cabinets and Auxiliary Branches: Origins of the National Museum of Ethnology, 1816-1883. Leiden: CNWS, 2008. 

John Klein Nagelvoort, Toean Stammeshaus: leven en werken in koloniaal Atjeh. Volendam: LM Publishers, 2019.

Zie ook:

https://www.tropenmuseum.nl/nl/themas/geschiedenis-tropenmuseum

https://www.wereldmuseum.nl/nl/themas/geschiedenis-wereldmuseum 

https://www.volkenkunde.nl/nl/themas/geschiedenis-museum-volkenkunde